Wet Gender mainstreaming

Op 12 januari 2007 heeft België een wet aangenomen om de gelijkheid tussen vrouwen en mannen te bevorderen door de genderdimensie te integreren in de Belgische federale beleidsstructuren. Gender mainstreaming is dus niet langer een vrijblijvend engagement, het is voortaan een wettelijke verplichting.

Wetgeving

Concreet omvat de 'wet gender mainstreaming' een reeks verplichtingen voor de regering, de regeringsleden en de federale administraties.

Op politiek vlak bepaalt de wet:

  • De regering legt, in haar regeringsverklaring, de strategische doelstellingen vast die zij wil verwezenlijken, conform de doelstellingen van de Wereldconferentie van Peking (VN) en meer specifiek conform de doelstelling om de genderdimensie te integreren in alle beleidslijnen, maatregelen en acties die zij neemt.
  • Elke minister stelt in zijn/haar algemene beleidsnota jaarlijks de acties en maatregelen voor die bijdragen tot de verwezenlijking van de vastgelegde doelstellingen.
  • Elke minister integreert de genderdimensie in alle beleidslijnen, maatregelen en acties die tot zijn/haar bevoegdheid behoren.
  • Elke minister waakt over de integratie van de strategische doelstellingen in de managementplannen, beheerscontracten en instrumenten voor strategische planning van de administraties die onder zijn/haar bevoegdheid vallen.
  • Er wordt rekening gehouden met de genderdimensie bij de begrotingsvoorbereidingen (gender budgeting) en bij elk ontwerp van algemene uitgavenbegroting wordt een gendernota gevoegd waarin per departement de kredieten worden uiteengezet die de gelijkheid van vrouwen en mannen moeten verwezenlijken.
  • De regering legt twee evaluatieverslagen voor aan de federale Kamers (het eerste halfweg de legislatuur, het tweede op het einde van de legislatuur).

Op administratief vlak bepaalt de wet:

  • De genderdimensie moet geïntegreerd worden in de managementplannen (en meer algemeen in alle instrumenten voor strategische planning) onder impuls van de Voorzitters van het Directiecomité.
  • Er worden genderindicatoren opgesteld om het integratieproces van de genderdimensie en de verwezenlijking van de strategische doelstellingen te meten.
  • De opgestelde, ingezamelde en bestelde statistieken worden opgesplitst naar geslacht.
  • Elke administratie bereidt een bijdrage voor aan de gendernota.
  • Gelijkheid tussen vrouwen en mannen wordt in aanmerking genomen bij de toekenning van overheidsopdrachten en subsidies.
  • Er worden verslagen voorbereid en gecoördineerd om voor te leggen aan het Parlement.

De wet van 12 januari 2007 voorziet ook:

  • De oprichting van een 'interdepartementale coördinatiegroep' belast met de toepassing van de wet en samengesteld uit vertegenwoordigers van elke minister en elke FOD en POD.
  • De opstelling van een evaluatieverslag om de impact te meten van elk wetgevend en reglementair project op de respectieve situatie van vrouwen en mannen, de zogenaamde 'gendertest'.