Gender mainstreaming kan alleen toegepast worden met het engagement en onder impuls van de verantwoordelijken op het hoogste politieke en administratieve niveau.
Engagement van de politieke verantwoordelijken
De politieke impuls is van fundamenteel belang. Gender mainstreaming kan niet concreet toegepast worden zonder een duidelijke en sterke politieke impuls.
De regering is de belangrijkste verantwoordelijke voor de toepassing van een efficiënt beleid inzake gender mainstreaming. Zij moet de genderdimensie een plaats geven in het geheel van haar beleidslijnen, maatregelen en acties en strategische doelstellingen vastleggen die zij tijdens de legislatuur wil verwezenlijken om de gelijkheid tussen vrouwen en mannen te verbeteren.
Elke minister wordt gevraagd om de genderdimensie te integreren in alle beleidslijnen, maatregelen en acties die onder zijn/haar bevoegdheid vallen en om jaarlijks, in zijn/haar algemene beleidsnota, de acties, maatregelen of projecten voor te stellen die zullen bijdragen om de strategische doelstellingen van de regering te verwezenlijken.
De integratie van de genderdimensie op Belgisch federaal niveau omvat dus alle federale beleidslijnen en wordt ondersteund door de bepaling en realisatie van strategische doelstellingen die rechtstreeks geïnspireerd zijn op de vierde Wereldvrouwenconferentie van Peking (1995).
Engagement van de administratieve verantwoordelijken
Op basis van de inhoud van de algemene beleidsnota’s van hun voogdijminister moeten de administratieve verantwoordelijken op het hoogste federale niveau ervoor zorgen dat de genderdimensie ook effectief geïntegreerd wordt in de instrumenten voor strategische planning (managementplannen, beheerscontracten,…).
De strategische en operationele doelstellingen die zijn vastgelegd in de instrumenten voor strategische planning moeten dus expliciet rekening houden met:
- De algemene doestelling vastgelegd in de wet die bepaalt dat de genderdimensie geïntegreerd wordt in alle beleidslijnen, maatregelen en acties;
- De doelstellingen die meer specifiek verband houden met de doelstelling van gelijkheid van mannen en vrouwen, vastgelegd in de regeringsverklaring en de algemene beleidsnota’s.
Concreet zou het principe van gender mainstreaming opgenomen moeten worden in alle strategische documenten (managementplannen, beheerscontracten, …) als horizontale strategische doelstelling. Deze horizontale strategische doelstelling zal dan omgezet moeten worden in operationele doelstellingen en concrete actiepunten.
Het engagement van de administratieve verantwoordelijken op het hoogste niveau is dus essentieel.
Het federaal plan gender mainstreaming
Het koninklijk besluit van 26 januari 2010 bepaalt dat aan het begin van elke legislatuur een federaal plan moet worden opgesteld om de genderdimensie in alle beleidsmaatregelen te integreren teneinde de ongelijkheden tussen vrouwen en mannen te voorkomen of te corrigeren. U vindt hieronder :
- Het Federaal Plan Gender mainstreaming dat op 6 juli 2012 door de Ministerraad is goedgekeurd.
- Het Federaal Plan Gender mainstreaming dat op 10 juli 2015 door de Ministerraad is goedgekeurd.
- Het Federaal Plan Gender mainstreaming dat op 11 juni 2021 door de Ministerraad is goedgekeurd.
Verslagen aan het Parlement
De wet voorziet dat de Regering twee evaluatieverslagen neerlegt bij de federale Kamers (het eerste in het midden van de legislatuur en het tweede op het einde van de legislatuur. Hier kan u volgende verslagen vinden:
- Het Verslag op het eind van de legislatuur over het beleid dat werd gevoerd overeenkomstig de doelstellingen van de vierde Wereldvrouwenconferentie die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad. Dit verslag betreft de periode 2011-2014.
- Het Tussentijds verslag over het beleid dat werd gevoerd overeenkomstig de doelstellingen van de vierde Wereldvrouwenconferentie die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad. Dit verslag betreft de periode oktober 2014-december 2016.
- Het Verslag op het eind van de legislatuur over het beleid dat werd gevoerd overeenkomstig de doelstellingen van de vierde Wereldvrouwenconferentie die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad. Dit verslag betreft de periode 2014-2018.
- Het Tussentijds verslag over het beleid dat werd gevoerd overeenkomstig de doelstellingen van de vierde Wereldvrouwenconferentie die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad. Dit verslag betreft de periode oktober 2020-december 2022.
- Het Verslag aan het einde van de legislatuur over het beleid dat werd gevoerd overeenkomstig de doelstellingen van de vierde Wereldvrouwenconferentie die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad. Dit verslag betreft de periode oktober 2020-december 2023.